Antistoffen tegen een bloedgroep

Bij je bloedonderzoek zijn antistoffen tegen een bloedgroep gevonden. Deze antistoffen kunnen via de navelstreng het bloed van de baby bereiken en soms zorgen voor bloedarmoede. Zelf heb jij geen last van deze antistoffen.

Het is belangrijk om uit te zoeken of deze antistoffen van belang zijn voor jouw baby. Hierom wordt jouw partner (de biologische vader) gevraagd om zijn bloedgroep te onderzoeken. Soms kunnen we als vervolgstap ook de bloedgroep van de baby testen in jouw bloed.

Als er reden is voor vervolgonderzoek vinden de zwangerschapscontroles in het ziekenhuis plaats. Elke 2 tot 6 weken wordt er bij jou bloed afgenomen om te kijken naar de activiteit van de antistoffen. Als er een verhoogde kans is op bloedarmoede wordt er wekelijks echo onderzoek gedaan.
Vooral in de laatste weken van de zwangerschap is er kans op bloeduitwisseling tussen moeder en kind. Vaak is het advies om de zwangerschap in te leiden bij 37 weken. Na de geboorte zal de kinderarts je baby controleren en bloedonderzoek afspreken.

Veelgestelde vragen

Zitten er antistoffen in je bloed?

Tijdens de zwangerschap en de bevalling kan er wat bloed van de baby in je eigen bloed terechtkomen. Als je een andere bloedgroep hebt dan je kind, kan je lichaam antistoffen maken tegen het bloed van je kind en dat bloed afbreken. De baby kan hierdoor bloedarmoede krijgen. Dit kan vooral gebeuren bij vrouwen die rhesus-D-negatief zijn en zwanger zijn van een rhesus-D-positief kind. Maar ook bij vrouwen die rhesus C-negatief zijn en een kind krijgen dat rhesus C-positief is. Tijdens een eerdere zwangerschap of bij een bloedtransfusie kan een zwangere vrouw ook andere antistoffen hebben aangemaakt. Deze antistoffen kunnen via de navelstreng bij de baby komen en het bloed van de baby afbreken. Er is dan extra zorg nodig om dit te voorkomen.

Hoe gaat het na de bevalling?

Vanwege de bloedgroep antistoffen kan er in de eerste dagen na de geboorte bloedarmoede ontstaan bij de baby. Er is bij jouw baby navelstrengbloed afgenomen. De kinderarts zal vervolg bloedonderzoek afspreken.
Het kan zijn dat je baby geel gaat zien door de afbraak van rode bloedcellen, waarbij bilirubine vrijkomt. Bilirubine kan bij zeer hoge waardes in het bloed schadelijk zijn voor de hersenen van de baby. Dit kan worden voorkomen door behandeling met lichttherapie (door een lamp en/of een biliblanket). Een enkele keer is een wisseltransfusie nodig.